Overheidsmanager van het Jaar 2009
Erik Heijdelberg
drs. E.P.J. Heijdelberg. Directeur/voorzitter directieraad NIFP Het Kennisinstituut voor forensische psychiatrie en psychologie. Heden: voorzitter Raad van Bestuur William Schrikker Groep
Na zijn studie Sociale Wetenschappen en Filosofie, heeft Erik Heijdelberg veel projecten gedaan op het gebied van internationale gezondheidszorg in wanordelijke samenlevingen, zoals in Afrikaanse landen, in Afghanistan en Servië. Medio 2005 werd hij benoemd tot algemeen directeur van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (NIFP), de samenvoeging van het Pieter Baan Centrum en de Forensisch Psychiatrische Dienst (FPD). Het kennisinstituut, dat met haar dienstverlening bijdraagt aan een zorgvuldige rechtsgang en een veiliger samenleving.
Hij is er in geslaagd om onder politiek en inhoudelijk gevoelige omstandigheden uitvoering te geven aan de fusie van deze twee organisaties, bestaande uit hoogopgeleide mensen met uiterst verschillende arbeidsculturen. Een uiterst gecompliceerde klus, die heeft geresulteerd in een betere maatschappelijke inbedding van de organisatie. Een overheidsmanagermoet bijdragen aan het gezag van de overheid. Maar dat kan alleen, als hij/zij ruimte durft te geven aan onafhankelijke experts. De leidinggevende moet laten zien, dat die vrijheid wordt bewaakt. Intern moeten de medewerkers ervan doordringen worden dat zij een overheidstaak hebben – om daarna te kunnen zeggen: ga heen en vervul die taak in vrijheid. Extern zou het ook goed zijn de burgers er meer bij te betrekken. Dat draagt alleen maar bij aan het imago van de overheid.
Intellectueel moet je volgens hem op het niveau van de professionals staan, omdat er strategische beslissingen moeten worden genomen over de rol en positie van het instituut. Daarmee kun je laten zien dat je iets bijdraagt. Maar soms ben je gewoon ondersteunend, zoals de polocoach die de zadels weer recht legt. Dat is ook mooi. Erik Heijdelberg houdt van zijn vak en is in zijn leiderschap onbetwist. Hij vindt de prijs een eerbetoon aan het werk van de gehele organisatie. Het was een gezamenlijke prestatie en de verdienste van iedereen.